Door Thijs de Leeuw
De discussie over de toekomst van de kleinere winkelcentra kwam in een stroomversnelling bij de ontwikkeling van het plan Een Nieuw Hart voor Dukenburg, een visie waarin onder meer op economisch gebied, de toekomst van dit stadsdeel wordt geschetst.
De eerste presentatie van het plan ging keihard uit van één groter winkelcentrum dat vier à vijf wijken zou moeten bedienen.
Dat leek de doodsteek te worden voor de huidige drie kleinere centra in dit stadsdeel waar bijna 24.000 mensen wonen.
Gelukkig kwam er nogal wat protest vanuit de bevolking. Niet in het minst vanuit de wijk waar dat nieuwe centrum zou moeten verrijzen.
De plannen werden dus wat afgezwakt en even in de ijskast gezet.
Nu het stof weer wat is neergedwarreld heeft het gemeentebestuur zich laten adviseren door een onderzoeksbureau dat vanuit allerlei duistere overwegingen toevalligerwijze kiest (meer is het niet) voor één groter winkelcentrum op één locatie.
Die mening probeert het betreffende bureau nog verder te onderbouwen door een onderzoek onder wijkbewoners ofwel potentiële klanten. Dat dat onderzoek methodologisch aan alle kanten rammelt en geenszins de keuze voor één centrum staaft, is eigenlijk niet eens van zoveel belang. Want laten we gewoon logisch nadenken.
Een gemeente moet streven naar een fijnmazig net van kleine winkelcentra waar iedere bewoner binnen een redelijke afstand van zijn woning terecht kan voor minimaal de dagelijkse boodschappen en liefst iets meer. Onder redelijk wordt doorgaans een loopafstand van maximaal zo'n vijf minuten verstaan. Met name voor ouderen van groot belang en, nog belangrijker, vanwege de door iedereen omarmde stimulering van de zelfredzaamheid.
Verder is het aantal verkeersbewegingen drastisch te beperken door dicht bij de woonomgeving winkelcentra te stimuleren waar bewoners terecht kunnen voor de dagelijkse boodschappen. Zo pakken we veel minder vaak de auto. Om dat effect nog te versterken is het logisch dergelijke centra zoveel mogelijk te combineren met andere voorzieningen als een school, een wijkcentrum, zorg, een postkantoor en noem maar op.
En niet te vergeten is er nog de zo belangrijke functie van de ontmoetingsplaats voor wijkbewoners.
We willen graag die ommekeer in de individualisering in onze samenleving en zo de cohesie in de wijk versterken. Is het niet zo dat Dukenburg nu al beschikt over exact drie van zulke buurtcentra ?
Centra die je dus juist moet koesteren, die je alle ruimte moet geven voor het voortbestaan, die je als gemeente moet steunen door de randvoorwaarden voor bloei zo optimaal mogelijk in te vullen.
Door het voortdurend ter discussie stellen van het voortbestaan, bereikt het stadsbestuur precies het tegenovergestelde.
Straks hoeven we helemaal geen discussie meer te voeren. Dan is het probleem vanzelf opgelost
Thijs de Leeuw is socioloog en o.a. oprichter van de wijkwebsite weezenhofcentraal. nl
De Gelderlander |17-2-2007 |
Copyright © 2007 De Gelderlander - alle rechten voorbehouden |